Veel is er al over geschreven, de tekorten op de jeugdzorg. Een probleem wat zich niet alleen in Zaanstad voordoet maar in vele gemeentes in Nederland groot en klein. Het is een veelomvattende uitdaging en graag informeren wij u over de oorzaken, wat valt er aan te doen en hoe gaan wij als PvdA Zaanstad fractie hiermee om. Voor de PvdA blijft ons uitgangspunt, een kind moet zeker zijn van de zorg die het nodig heeft.
Bezuinigingen van het Rijk, toename van verblijfskosten met begeleiding en doorverwijzen naar specialistische zorg belangrijke oorzaken
Er zijn een aantal belangrijke oorzaken van het tekort. De eerste en belangrijkste is dat bij de decentralisatie van de jeugdzorg in 2015 verondersteld werd dat door een efficiëntere hulpverlening de kosten van de jeugdzorg zouden dalen. Gelijktijdig met de invoering van de decentralisatie zijn de budgetten voor de gemeenten daarom naar beneden bijgesteld. De kosten zijn echter niet gedaald maar gegroeid, mede omdat het aantal kinderen dat zorg ontvangt is toegenomen. De grafiek hierboven afgebeeld is daarbij veelzeggend.
Andere belangrijke oorzaken zijn de toename van verblijfskosten met begeleiding, meer kinderen die vallen onder de verlengde jeugdwet (18 -23 jaar), veel kinderen die niet onder de Wet Langdurige Zorg mogen vallen en scheve verhoudingen in het doorverwijzen naar de duurdere specialistische jeugdzorg.
Binnen de specialistische zorg bestaan er twee segmenten, het goedkopere B segment en het duurdere C segment. Omdat zorgaanbieders bij het doorverwijzen een resultaatverplichting aangaan, er wordt niet meer afgerekend in werkelijke uren maar aanbieders krijgen een vast bedrag voor een profiel wat hoort bij een segment, gaf dit een ongewenste prikkel. In de praktijk gebeurde het dat specialistische aanbieders bang waren dat wanneer zij zorg zouden aannemen in het goedkopere B segment zij met de kosten niet zouden uitkomen. Medewerkers van jeugdteams werden daarmee tegen wil en dank onderhandelaars van segmenten met de specialistische zorgaanbieders in plaats van hulpverleners. Zo kon het gebeuren dat vooraf werd ingeschat dat er 85% zou worden doorverwezen naar segment B en 15% naar C. In werkelijkheid werd dit, 41% in segment B en 54% in segment C, gemeten in september 2018.
Stevige lobby naar minister De Jonge voor meer middelen
Kalmte en rust zijn nu vooral geboden. We zien dat het college met als portefeuillehouder wethouder Songül Mutluer adequaat omgaat met deze uitdaging. Samen met andere gemeentes is er een stevige lobby ingezet richting minister Hugo de Jonge voor meer geld voor de jeugdzorg. Daarnaast is er nauw overleg met de regiopartners waarmee de zorg wordt ingekocht waar ook de aanbieders bij betrokken worden. De gemeenteraad wordt actief en tijdig geïnformeerd en er zijn doeltreffende maatregelen genomen waarbij het belang van het kind altijd centraal blijft staan:
- De ongewenste prikkel is uit het doorverwijs systeem gehaald, in principe start iedereen in het B segment en is het voor aanbieders mogelijk om dit later op te schalen.
- Voor directe verwijzingen naar segment C is een jeugdtafel ingericht waar gemeente, jeugdteam en aanbieders aanschuiven om samen de problematiek te bespreken voordat er definitief wordt doorverwezen;
- Analyse en eventuele herbeoordeling van:
- Intramurale cliënten en 10% duurste cliënten bij aanbieders;
- Cliënten die gebruik maken van de Verlengde Jeugdwet;
- Cliënten die kunnen vallen onder andere budgetten zoals de Zorgverzekeringswet, Wet Langdurige Zorg en Wet Maatschappelijke Ondersteuning.
Een kind moet zeker zijn van de zorg die het nodig heeft
Wij geloven in zorg via de wijkteams. Dichtbij de mensen in Zaanstad waarbij er wordt ingezet op preventie om op de lange termijn dure specialistische zorg te voorkomen. De genomen maatregelen op de zaken waar de gemeente zelf regie op heeft lijken positief uit te werken maar zal niet genoeg zijn. Als gemeente staan we daarom voor een uitdaging om een miljoenentekort op te lossen. Gevolg is dat over de hele linie keuzes in de begroting moeten worden gemaakt om de zorg voor onze jeugd op peil te houden. Want zoals gezegd: Een kind moet zeker zijn van zorg die het nodig heeft.
Geert Rijken