De huizenprijzen in de Zaanstreek zijn de laatste tien jaar explosief gestegen. Zó hard dat de regio de twijfelachtige eer heeft een van de nationale koplopers te zijn. Tussen eind 2013 en eind 2022 ging de gemiddelde prijs voor een huis bijna met 130 procent omhoog.
Die koppositie deelt de Zaanstreek samen met Haarlem en Groot-Amsterdam, aldus het Centraal Bureau voor Statistiek (CBS). Een gemiddelde rijtjeshuis kostte in 2013 maar 173.000 euro, een schrikbarend laag bedrag in vergelijking met de huidige markt. In 2019 kostte hetzelfde rijtjeshuis – gemiddeld – een ton meer en in de loop van 2022 zelfs minstens twee keer zoveel.
Volgens hoofdeconoom van het CBS, Peter Hein van Mulligen, kan de koploperspositie van de Zaanstreek te maken hebben met overloop uit Amsterdam. „In de hoofdstad zijn er relatief weinig koopwoningen. Jonge gezinnen en expats kunnen er daarom voor kiezen om naar Haarlem of de Zaanstreek te gaan.”
Behalve hard stijgen, kelderden de huizenprijzen in Zaanstreek eind vorig jaar ook het hardst. Onder meer de stijgende hypotheekrente zorgde voor een kentering op de woningmarkt. Volgens Van Mulligen hadden huizenverkopers in de Zaan geen andere keus dan hun prijzen aanpassen. „Juist omdat de huizen daar zo duur waren, moeten ze nu extra zakken om het weer aantrekkelijk te maken.”
De Nederlandse Vereniging van Makelaars (NVM) doet onderzoek naar de woningmarkt en ziet dat woningzoekers op dit moment niet alleen minder betalen voor een huis vanwege de markt, maar dat ook willen. Naast de hypotheekrente speelt ook inflatie een rol. De NVM stelt dat huizenkopers minder risico nemen en niet snel overbieden.